Houtblokjes

Time 2 uur

‎Leerdoel(en)‎

Instructies

Stap 1: voorbereiding

  • 1 blok (droog) hout (DOEL/ BELEMMERINGEN).
  • 1 bijl (EFFORT / WERK)
  • 1 doosje lucifers (ENERGIE ) 
  • Een buiten locatie waar het mogelijk is om vuur te maken. , 
  • Veiligheidsinstructies kenbaar maken naar de jongeren omtrent vuur maken en het gebruik van een bijl (bv: geen vuur maken op droog gras, niet rondzwaaien met je bijl, zorgen dat de anderen op afstand staan tijdens het hakken,…)

Stap 2: speluitleg

Je legt uit aan de jongeren dat ze een opdracht krijgen die niet zo eenvoudig is.  De opdracht is niet onmogelijk maar vraagt wel wat moeite om tot het einddoel te kunnen komen.  Het einddoel is om het houtblok volledig op te branden.  De enige hulpmiddelen die ze hierbij krijgen om de opdracht te volbrengen zijn het houtblok zelf, de bijl en het doosje lucifers.  Iedere persoon krijgt deze 3 hulpmiddelen voor zichzelf ter beschikking.  

Stap 3: observatie

Als begeleider observeer je op welke manier de jongeren hun opdracht proberen aan te pakken. Deze observaties geef je later mee aan de jongeren. 

Hou de veiligheidsmaatregelen goed in het oog tijdens de opdracht. 

Stap 4: VUUR!

De oplossing van deze activiteit ligt vooral in de voorbereiding.  Het houtblok (DOEL/BELEMMERING) dient best in hele kleine, fijne stukjes worden gekapt.  Op die manier zal het hout gemakkelijk op te branden zijn. Dit vergt enige tijd als je juist een bijl hiervoor ter beschikking hebt (EFFORT/ WERK). De jongeren zullen in eerste instantie proberen het houtblok in zijn geheel aan te steken, dit zal hen echter veel lucifers (ENERGIE) kosten zonder veel resultaat.

Voor sommige jongeren is het ook niet gemakkelijk om hulp te vragen. Wanneer het echter te lang duurt alvorens ze zelf tot de oplossing komen, kan je gerust zelf voorstellen om hen te helpen.  

Stap 5: reflectie

Bij de reflectie is het belangrijk om samen met de jongeren al hun stappen die ze hebben ondernomen om de opdracht al dan niet te doen slagen te overlopen.  

Vaak is het nodig om stapsgewijs te werken om tot een positief eindresultaat te komen. Snelle oplossingen kosten  vaak energie met weinig resultaat. 

Mogelijke reflectievragen: 

  • Hoe ver ben je geraakt?
  • Wanneer had je het moeilijk?
  • Wat ging goed?
  • Wanneer was het bijna geslaagd?
  • Wat had je nodig om te kunnen slagen in de opdracht?
  • Zijn er andere momenten in jouw leven waar je soms ook problemen ervaart in het bereiken van jouw doel?
  • Wat deed je toen in deze situatie? Wat hielp er toen?
  • Hoe kunnen kleine doelen jouw helpen om te komen tot het volbrengen van jouw einddoel.
  • Wanneer bleef jouw vuur branden? Hou kan je ervoor zorgen dat dit zo blijft?
  • Wanneer had je hulp nodig? Hoe heb je deze hulp gevraagd?
  • Wanneer had jouw energie weinig/veel resultaat? Hoe kwam dit?

Stap 6: Vertaling van de opdracht naar hun eigen leefwereld

Wanneer ieder zijn vuurtje brandt, neem je even de tijd om met hen hiervan te genieten, eventueel met een marshmallow.

Vertel tijdens dit moment wat de bedoeling was van deze activiteit, nl om tot een positief resultaat te komen is het vaak nodig om na te denken alvorens aan iets te starten alsook  is het goed om een grote opdracht in te delen in verschillende haalbare kleine opdrachten om zo te kunnen komen tot vele kleine successen.

Om de link te maken met hun dagdagelijkse leven, vraag je aan hen of zij momenteel een probleem ervaren dat voor hen uitzichtloos is. Schrijf dit op en gooi het in het vuur.

Vraag daarna of zij mogelijkheden zien om dit onder te verdelen in kleine stappen en welke stap ze hier eerst in kunnen nemen. Laat hun dit SMART (specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch en tijdsgebonden) opschrijven.

Kijk met hen samen wie hen hierin kan ondersteunen (welke hulpmiddelen zoals de bijl en de lucifers hebben zij nodig om deze stap te volbrengen).

Luister ook naar hoe zij in het verleden hun problemen hebben aangepakt, wat hen daarbij heeft geholpen of net heeft belemmerd. 

Instructies

Stap 1: voorbereiding

 

  • 1 blok (droog) hout (DOEL/ BELEMMERINGEN).
  • 1 bijl (EFFORT / WERK)
  • 1 doosje lucifers (ENERGIE ) 
  • Een buiten locatie waar het mogelijk is om vuur te maken. , 
  • Veiligheidsinstructies kenbaar maken naar de jongeren omtrent vuur maken en het gebruik van een bijl (bv: geen vuur maken op droog gras, niet rondzwaaien met je bijl, zorgen dat de anderen op afstand staan tijdens het hakken,…)

Stap 2: speluitleg

Je legt uit aan de jongeren dat ze een opdracht krijgen die niet zo eenvoudig is.  De opdracht is niet onmogelijk maar vraagt wel wat moeite om tot het einddoel te kunnen komen.  Het einddoel is om het houtblok volledig op te branden.  De enige hulpmiddelen die ze hierbij krijgen om de opdracht te volbrengen zijn het houtblok zelf, de bijl en het doosje lucifers.  Iedere persoon krijgt deze 3 hulpmiddelen voor zichzelf ter beschikking.  

Stap 3: observatie

Als begeleider observeer je op welke manier de jongeren hun opdracht proberen aan te pakken. Deze observaties geef je later mee aan de jongeren. 

Hou de veiligheidsmaatregelen goed in het oog tijdens de opdracht. 

Stap 4: VUUR!

De oplossing van deze activiteit ligt vooral in de voorbereiding.  Het houtblok (DOEL/BELEMMERING) dient best in hele kleine, fijne stukjes worden gekapt.  Op die manier zal het hout gemakkelijk op te branden zijn. Dit vergt enige tijd als je juist een bijl hiervoor ter beschikking hebt (EFFORT/ WERK). De jongeren zullen in eerste instantie proberen het houtblok in zijn geheel aan te steken, dit zal hen echter veel lucifers (ENERGIE) kosten zonder veel resultaat.

Voor sommige jongeren is het ook niet gemakkelijk om hulp te vragen. Wanneer het echter te lang duurt alvorens ze zelf tot de oplossing komen, kan je gerust zelf voorstellen om hen te helpen.  

Stap 5: reflectie

Bij de reflectie is het belangrijk om samen met de jongeren al hun stappen die ze hebben ondernomen om de opdracht al dan niet te doen slagen te overlopen.  

Vaak is het nodig om stapsgewijs te werken om tot een positief eindresultaat te komen. Snelle oplossingen kosten  vaak energie met weinig resultaat. 

Mogelijke reflectievragen: 

  • Hoe ver ben je geraakt?
  • Wanneer had je het moeilijk?
  • Wat ging goed?
  • Wanneer was het bijna geslaagd?
  • Wat had je nodig om te kunnen slagen in de opdracht?
  • Zijn er andere momenten in jouw leven waar je soms ook problemen ervaart in het bereiken van jouw doel?
  • Wat deed je toen in deze situatie? Wat hielp er toen?
  • Hoe kunnen kleine doelen jouw helpen om te komen tot het volbrengen van jouw einddoel.
  • Wanneer bleef jouw vuur branden? Hou kan je ervoor zorgen dat dit zo blijft?
  • Wanneer had je hulp nodig? Hoe heb je deze hulp gevraagd?
  • Wanneer had jouw energie weinig/veel resultaat? Hoe kwam dit?

Stap 6: Vertaling van de opdracht naar hun eigen leefwereld

Wanneer ieder zijn vuurtje brandt, neem je even de tijd om met hen hiervan te genieten, eventueel met een marshmallow.

Vertel tijdens dit moment wat de bedoeling was van deze activiteit, nl om tot een positief resultaat te komen is het vaak nodig om na te denken alvorens aan iets te starten alsook  is het goed om een grote opdracht in te delen in verschillende haalbare kleine opdrachten om zo te kunnen komen tot vele kleine successen.

Om de link te maken met hun dagdagelijkse leven, vraag je aan hen of zij momenteel een probleem ervaren dat voor hen uitzichtloos is. Schrijf dit op en gooi het in het vuur.

Vraag daarna of zij mogelijkheden zien om dit onder te verdelen in kleine stappen en welke stap ze hier eerst in kunnen nemen. Laat hun dit SMART (specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch en tijdsgebonden) opschrijven.

Kijk met hen samen wie hen hierin kan ondersteunen (welke hulpmiddelen zoals de bijl en de lucifers hebben zij nodig om deze stap te volbrengen).

Luister ook naar hoe zij in het verleden hun problemen hebben aangepakt, wat hen daarbij heeft geholpen of net heeft belemmerd. 

 

Beoordelingsmethodes

Benodigdheden

Time 2 uur

‎Leerdoel(en)‎

Instructies

Stap 1: voorbereiding

  • 1 blok (droog) hout (DOEL/ BELEMMERINGEN).
  • 1 bijl (EFFORT / WERK)
  • 1 doosje lucifers (ENERGIE ) 
  • Een buiten locatie waar het mogelijk is om vuur te maken. , 
  • Veiligheidsinstructies kenbaar maken naar de jongeren omtrent vuur maken en het gebruik van een bijl (bv: geen vuur maken op droog gras, niet rondzwaaien met je bijl, zorgen dat de anderen op afstand staan tijdens het hakken,…)

Stap 2: speluitleg

Je legt uit aan de jongeren dat ze een opdracht krijgen die niet zo eenvoudig is.  De opdracht is niet onmogelijk maar vraagt wel wat moeite om tot het einddoel te kunnen komen.  Het einddoel is om het houtblok volledig op te branden.  De enige hulpmiddelen die ze hierbij krijgen om de opdracht te volbrengen zijn het houtblok zelf, de bijl en het doosje lucifers.  Iedere persoon krijgt deze 3 hulpmiddelen voor zichzelf ter beschikking.  

Stap 3: observatie

Als begeleider observeer je op welke manier de jongeren hun opdracht proberen aan te pakken. Deze observaties geef je later mee aan de jongeren. 

Hou de veiligheidsmaatregelen goed in het oog tijdens de opdracht. 

Stap 4: VUUR!

De oplossing van deze activiteit ligt vooral in de voorbereiding.  Het houtblok (DOEL/BELEMMERING) dient best in hele kleine, fijne stukjes worden gekapt.  Op die manier zal het hout gemakkelijk op te branden zijn. Dit vergt enige tijd als je juist een bijl hiervoor ter beschikking hebt (EFFORT/ WERK). De jongeren zullen in eerste instantie proberen het houtblok in zijn geheel aan te steken, dit zal hen echter veel lucifers (ENERGIE) kosten zonder veel resultaat.

Voor sommige jongeren is het ook niet gemakkelijk om hulp te vragen. Wanneer het echter te lang duurt alvorens ze zelf tot de oplossing komen, kan je gerust zelf voorstellen om hen te helpen.  

Stap 5: reflectie

Bij de reflectie is het belangrijk om samen met de jongeren al hun stappen die ze hebben ondernomen om de opdracht al dan niet te doen slagen te overlopen.  

Vaak is het nodig om stapsgewijs te werken om tot een positief eindresultaat te komen. Snelle oplossingen kosten  vaak energie met weinig resultaat. 

Mogelijke reflectievragen: 

  • Hoe ver ben je geraakt?
  • Wanneer had je het moeilijk?
  • Wat ging goed?
  • Wanneer was het bijna geslaagd?
  • Wat had je nodig om te kunnen slagen in de opdracht?
  • Zijn er andere momenten in jouw leven waar je soms ook problemen ervaart in het bereiken van jouw doel?
  • Wat deed je toen in deze situatie? Wat hielp er toen?
  • Hoe kunnen kleine doelen jouw helpen om te komen tot het volbrengen van jouw einddoel.
  • Wanneer bleef jouw vuur branden? Hou kan je ervoor zorgen dat dit zo blijft?
  • Wanneer had je hulp nodig? Hoe heb je deze hulp gevraagd?
  • Wanneer had jouw energie weinig/veel resultaat? Hoe kwam dit?

Stap 6: Vertaling van de opdracht naar hun eigen leefwereld

Wanneer ieder zijn vuurtje brandt, neem je even de tijd om met hen hiervan te genieten, eventueel met een marshmallow.

Vertel tijdens dit moment wat de bedoeling was van deze activiteit, nl om tot een positief resultaat te komen is het vaak nodig om na te denken alvorens aan iets te starten alsook  is het goed om een grote opdracht in te delen in verschillende haalbare kleine opdrachten om zo te kunnen komen tot vele kleine successen.

Om de link te maken met hun dagdagelijkse leven, vraag je aan hen of zij momenteel een probleem ervaren dat voor hen uitzichtloos is. Schrijf dit op en gooi het in het vuur.

Vraag daarna of zij mogelijkheden zien om dit onder te verdelen in kleine stappen en welke stap ze hier eerst in kunnen nemen. Laat hun dit SMART (specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch en tijdsgebonden) opschrijven.

Kijk met hen samen wie hen hierin kan ondersteunen (welke hulpmiddelen zoals de bijl en de lucifers hebben zij nodig om deze stap te volbrengen).

Luister ook naar hoe zij in het verleden hun problemen hebben aangepakt, wat hen daarbij heeft geholpen of net heeft belemmerd. 

Instructies

Stap 1: voorbereiding

 

  • 1 blok (droog) hout (DOEL/ BELEMMERINGEN).
  • 1 bijl (EFFORT / WERK)
  • 1 doosje lucifers (ENERGIE ) 
  • Een buiten locatie waar het mogelijk is om vuur te maken. , 
  • Veiligheidsinstructies kenbaar maken naar de jongeren omtrent vuur maken en het gebruik van een bijl (bv: geen vuur maken op droog gras, niet rondzwaaien met je bijl, zorgen dat de anderen op afstand staan tijdens het hakken,…)

Stap 2: speluitleg

Je legt uit aan de jongeren dat ze een opdracht krijgen die niet zo eenvoudig is.  De opdracht is niet onmogelijk maar vraagt wel wat moeite om tot het einddoel te kunnen komen.  Het einddoel is om het houtblok volledig op te branden.  De enige hulpmiddelen die ze hierbij krijgen om de opdracht te volbrengen zijn het houtblok zelf, de bijl en het doosje lucifers.  Iedere persoon krijgt deze 3 hulpmiddelen voor zichzelf ter beschikking.  

Stap 3: observatie

Als begeleider observeer je op welke manier de jongeren hun opdracht proberen aan te pakken. Deze observaties geef je later mee aan de jongeren. 

Hou de veiligheidsmaatregelen goed in het oog tijdens de opdracht. 

Stap 4: VUUR!

De oplossing van deze activiteit ligt vooral in de voorbereiding.  Het houtblok (DOEL/BELEMMERING) dient best in hele kleine, fijne stukjes worden gekapt.  Op die manier zal het hout gemakkelijk op te branden zijn. Dit vergt enige tijd als je juist een bijl hiervoor ter beschikking hebt (EFFORT/ WERK). De jongeren zullen in eerste instantie proberen het houtblok in zijn geheel aan te steken, dit zal hen echter veel lucifers (ENERGIE) kosten zonder veel resultaat.

Voor sommige jongeren is het ook niet gemakkelijk om hulp te vragen. Wanneer het echter te lang duurt alvorens ze zelf tot de oplossing komen, kan je gerust zelf voorstellen om hen te helpen.  

Stap 5: reflectie

Bij de reflectie is het belangrijk om samen met de jongeren al hun stappen die ze hebben ondernomen om de opdracht al dan niet te doen slagen te overlopen.  

Vaak is het nodig om stapsgewijs te werken om tot een positief eindresultaat te komen. Snelle oplossingen kosten  vaak energie met weinig resultaat. 

Mogelijke reflectievragen: 

  • Hoe ver ben je geraakt?
  • Wanneer had je het moeilijk?
  • Wat ging goed?
  • Wanneer was het bijna geslaagd?
  • Wat had je nodig om te kunnen slagen in de opdracht?
  • Zijn er andere momenten in jouw leven waar je soms ook problemen ervaart in het bereiken van jouw doel?
  • Wat deed je toen in deze situatie? Wat hielp er toen?
  • Hoe kunnen kleine doelen jouw helpen om te komen tot het volbrengen van jouw einddoel.
  • Wanneer bleef jouw vuur branden? Hou kan je ervoor zorgen dat dit zo blijft?
  • Wanneer had je hulp nodig? Hoe heb je deze hulp gevraagd?
  • Wanneer had jouw energie weinig/veel resultaat? Hoe kwam dit?

Stap 6: Vertaling van de opdracht naar hun eigen leefwereld

Wanneer ieder zijn vuurtje brandt, neem je even de tijd om met hen hiervan te genieten, eventueel met een marshmallow.

Vertel tijdens dit moment wat de bedoeling was van deze activiteit, nl om tot een positief resultaat te komen is het vaak nodig om na te denken alvorens aan iets te starten alsook  is het goed om een grote opdracht in te delen in verschillende haalbare kleine opdrachten om zo te kunnen komen tot vele kleine successen.

Om de link te maken met hun dagdagelijkse leven, vraag je aan hen of zij momenteel een probleem ervaren dat voor hen uitzichtloos is. Schrijf dit op en gooi het in het vuur.

Vraag daarna of zij mogelijkheden zien om dit onder te verdelen in kleine stappen en welke stap ze hier eerst in kunnen nemen. Laat hun dit SMART (specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch en tijdsgebonden) opschrijven.

Kijk met hen samen wie hen hierin kan ondersteunen (welke hulpmiddelen zoals de bijl en de lucifers hebben zij nodig om deze stap te volbrengen).

Luister ook naar hoe zij in het verleden hun problemen hebben aangepakt, wat hen daarbij heeft geholpen of net heeft belemmerd. 

 

Beoordelingsmethodes

Benodigdheden